Falling Down en de angst om uit elkaar te vallen

In de film Falling Down (1993) begint de ontslagen William Foster (Michael Douglas) aan een zwerftocht door Los Angeles. Met zijn werkkoffer is hij in de stad onderweg alsof hij zijn werk nog heeft. Zijn vrouw scheidde zich van hem een jaar geleden. Vandaag is zijn dochtertje jarig en hoewel hij weet dat hij niet welkom is hij van plan naar haar verjaarspartijtje te gaan. Ontmoetingen met mensen die in uitzichtloze posities van armoede, thuisloosheid, verslaving en criminaliteit verkeren versterken de diepe machteloosheid waarin hij is beland. Langzaam verkruimelt zijn mentale integratie. De film toont stap voor stap hoe deze, in zichzelf opgesloten, man de verbinding met de wereld verliest.

Forster’s ondragelijke zinloosheid, een man zonder gezin, zonder kostwinnerschap, zonder baan, zonder toekomst, verandert in een niet meer te stoppen vernietigende woede tegen zichzelf of de buitenwereld. Hij slaat niet de hand aan zichzelf maar lijkt de ‘juiste’ stappen te zetten zodat de wereld die hem alles ontnomen heeft hem zal doden.

In media duiken al decennia berichten op over gevallen van ‘amok’ in Azië.  Mannen die in uitzichtloze posities en situaties zijn beland beginnen doden ‘zonder enige aanleiding’ bepaalde mensen of onwillekeurige omstanders.

Antropologische gezien zijn mythologische beelden afspiegelingen van de wereld (samenleving/cultuur) waarin die ontstaan zijn. Zich herhalende verhalen (beelden/teksten) in beeldende kunst, literatuur, toneel, films, strips en games kunnen, vanuit een praktische mythologie perspectief, geduid worden als signalen van ‘stokkend en gestold’ sociale systemen waarin pogingen tot passende aanpassing aan veranderende omstandigheden en context zijn mislukt.

De antropoloog en systeemtheoreticus Gregory Bateson gaat ervan uit dat elk ‘vastlopend/vastgelopen’ biologische/sociaal systeem-in-zijn-context de oplossing in zich draagt om weer in beweging te komen.

Al decennia, en nu de afgelopen jaren in groeiende aantallen in Europa en in steeds meer delen van de wereld, herhaalt zich dit patroon. Mannen in uitzichtloze posities ervaren dat hun leven gaan zin meer heeft en nemen niet zelden, dierbaren en andere onschuldige mensen mee in hun dodelijke wanhoop.

Als wij de deze gewelddagige mannen zien als klokkenluiders, van vastlopende kleinere en grotere sociale systemen, is er misschien kans om deze dramatische epidemie van richting te veranderen.